Neem de tijd om na te denken over wat je wel en niet prettig vindt.
Let op situaties waarin je stress of irritatie voelt – dat kan een teken zijn dat je grens wordt overschreden.
2. Communiceer duidelijk en direct
Zeg wat je bedoelt zonder te verzachten of excuses te maken. Bijvoorbeeld: "Ik heb vandaag geen ruimte om dit op te pakken."
Gebruik "ik-boodschappen" om het persoonlijk te houden, zoals: "Ik voel me overweldigd als er onverwacht extra werk bijkomt."
3. Oefen nee zeggen
Nee zeggen is niet onbeleefd! Een simpele "Nee, dat gaat nu niet lukken" is genoeg.
Wil je vriendelijk blijven? Zeg: "Ik waardeer dat je het vraagt, maar ik kan het nu niet doen."
4. Stel alternatieven voor (als je dat wilt)
Als je toch iets wilt helpen maar binnen je eigen grenzen, zeg dan:
"Ik kan je hier niet bij helpen, maar misschien helpt het om [andere optie] te proberen."
5. Luister naar je gevoel en wees consequent
Als iets niet goed voelt, sta er dan achter en houd je eraan.
Mensen testen soms je grenzen, maar hoe consequenter je bent, hoe beter ze worden gerespecteerd.
6. Oefen met kleine stapjes
Begin in makkelijke situaties, zoals in een winkel of bij een bekende, en werk toe naar lastiger situaties.