Het bijhouden van een stemmingsdagboek is een hulpmiddel om meer inzicht te krijgen over jouw stemming en stemmingswisseligen. Ook is het de manier om patronen te ontdekken. Hier is hoe je dat aanpakt:
Noteer je stemming regelmatig.
Kies vaste momenten op de dag (bijv. ochtend, middag, avond) en geef je stemming een score van 1 (zeer slecht) tot 10 (uitstekend).
Schrijf op wat er gebeurde
Wat deed je net voor je stemming veranderde? Was er een gebeurtenis, een gedachte, een herinnering?
Herken patronen
Na een paar dagen of weken kun je vaak terugkerende triggers of omstandigheden herkennen die invloed hebben op je stemming.
Koppel gedachten aan gevoelens
Probeer te achterhalen wat je dacht op momenten van een sterke stemmingswisseling. Zijn die gedachten realistisch of negatief?
Werk met helpende gedachten
Schrijf alternatieve, meer evenwichtige gedachten op. Bijvoorbeeld:
"Ik kan dit niet aan" → "Het is moeilijk, maar ik heb vergelijkbare dingen eerder aangekund."
Noteer je stemming regelmatig.
Kies vaste momenten op de dag (bijv. ochtend, middag, avond) en geef je stemming een score van 1 (zeer slecht) tot 10 (uitstekend).
Schrijf op wat er gebeurde
Wat deed je net voor je stemming veranderde? Was er een gebeurtenis, een gedachte, een herinnering?
Herken patronen
Na een paar dagen of weken kun je vaak terugkerende triggers of omstandigheden herkennen die invloed hebben op je stemming.
Koppel gedachten aan gevoelens
Probeer te achterhalen wat je dacht op momenten van een sterke stemmingswisseling. Zijn die gedachten realistisch of negatief?
Werk met helpende gedachten
Schrijf alternatieve, meer evenwichtige gedachten op. Bijvoorbeeld:
"Ik kan dit niet aan" → "Het is moeilijk, maar ik heb vergelijkbare dingen eerder aangekund."
